Vrijdag 29 september, ’s avonds halfacht

Wat een verschrikkelijke nacht hebben wij meegemaakt, nooit zullen wij die vergeten. De hele nacht door was er zeer zwaar artillerievuur, het ene schot na het andere. Ze begonnen aan het begin van het dorp en eindigden aan de andere kant en dan weer terug zodat elke 25 meter een treffer kreeg. Geen huis ontkwam er haast aan. De hele nacht heb ik wakker gelegen en telkens bij zo’n zware slag dacht ik dat dit ons einde was. Dat griezelige fluiten van de granaten als ze aankomen en dan die explosies. Het maakt de sterkste zenuwen kapot. Goddank hebben wij het er weer levend afgebracht.

Vanmorgen zijn we toen het even stil was voorzichtig de kelder uitgekomen en we hebben polshoogte genomen. Volmer riep al dat alles in orde was, maar de Dorpsstraat had verschrikkelijk geleden. Het huis van Pauk is in elkaar geschoten, net zoals dat van Witteveen. De hele Dorpsstraat is een bonk glas. Treurig zag het eruit. Iedereen kwam de kelders uit om even te kijken, ofschoon verderop de granaten nog insloegen, maar de meesten konden hun nieuwsgierigheid niet bedwingen.

Het werd veel mensen te erg na deze vreselijke nacht en velen van onze buren vluchten. Het gezin Volmer, Van Eldik, Silfhout, Pauk, Rose en nog meer vertrokken. De heer van Leur gaat weg met een transport ouden van dagen. Het speet ons erg en we schoten allemaal vol toen wij afscheid namen. In deze dagen voelt men het beste wat het spreekwoord ‘een goede buur is beter dan een verre vriend’ betekent.

Vanmiddag om één uur kregen we weer zwaar granaatvuur. Een paar voltreffers in de Achterdorpsstraat en bij mij in de tuin. Een perenboom weg, de boerenkool en de meeste tabak waren verdwenen, de muur is beschadigd. Het viel nogal mee, al waren het weer angstige ogenblikken. Mevrouw en meneer Hurkmans komen vanavond ook bij ons in de kelder. Ze kunnen het alleen niet meer uithouden. Wientjes en Hutjes gaan bij Zijlstra in de kelder. Witteveen bij Beekhuizen. Iedereen gaat bij elkaar, het is net of het dan iets veiliger is. Vanavond nog even met de buren gesproken, die blijven allen zolang ze kunnen. Ik weet eerlijk gezegd ook niet waar ik naar toe zou moeten. Wie kan nu elf mensen hebben? Wij hebben samen dan ook maar besloten te blijven. Maria van Renkum zal ons wel helpen.

Vanmorgen tijdens enige stilte nog het vlees verkocht. Het ging erg vlug want niemand had zin om lang te staan. Hoe ik de administratie moet verzorgen, weet ik niet. Het is allemaal niet bij te houden. Het geld is gestort op de Boerenleenbank en de bonnen zullen we wel zien.
Meneer Hurkmans heeft nu ook een gat in de muur, zodat wij allemaal bij elkaar kunnen komen. Tijdens een flinke schietpartij begon meneer Hurkmans zelf te hakken, maar Piet nam gauw een voorhamer en het was zo klaar.

Wat een last dat we geen licht en gas hebben. Als je de kachel net aan hebt, moet je de kelder weer in, en wanneer je dan weer boven komt, is hij alweer uit. We kunnen haast geen eten klaarkrijgen. Maar als dat nog maar het ergste was! Het is nu erg kalm, wel wordt er geschoten maar het is nogal veraf. Zouden we een rustige nacht krijgen? Mama is vandaag erg zenuwachtig, de zorg voor de kinderen en het gebrek aan slaap maken iemand ziek. Als we maar eens een rustige nacht hadden zodat we konden slapen, dat zou al veel goed doen.

Vanavond hebben wij de kelder nog eens extra versterkt met zandzakken en er een hele vracht balken erop gelegd. Het houdt allemaal tegen en breekt de kracht van de granaten. Vandaag heb ik een carbidlantaarn gekregen van Hurkmans. Toen ik vanmiddag de deur uitging om carbid te halen, plofte vlakbij net achter de huizen een granaat neer: of ik weg wilde komen!

Het wordt ‘s avonds al flink koud en kolen hebben wij niet, dus het zal wel vroeg naar bed worden. Volgens zeggen is Elst weer in Engelse handen en de Duitsers zijn bij Wageningen teruggeslagen. Nou het kan ons niets meer schelen, als wij maar van dat granaatvuur afkomen. Wat zal ons de nacht en de zaterdag brengen?