Zaterdag 14 oktober
We hebben het weer gewaagd en zijn ondanks het verbod weer naar het dodenland Renkum geweest. Wat viel dat tegen. In de huiskamer is het een grote ruïne, je kon zo de hemel zien. De kamer van de jongens is versplinterd, de badkamer is gedeeltelijk weg en toen ik de zoldertrap op wilde, viel er zoveel puin op mijnhoofd, dat ik snel achteruit moest.
De grote klerenkast was weggeslagen en alles wat er nog inzat, is vernield. Over de garage bereikte ik de blauwe kast en ik kon nog een nieuwe band redden en ook de nieuwe fiets stond er nog in. Verschrikkelijk zoals alles eruitzag, flarden van de plafonds hingen overal naar beneden, alle meubelen zitten onder het puin en het stof. Wanneer moet dat ooit weer in orde komen? Je kan erbij huilen zoals alles eruitziet.
Wij hebben nog gauw wat kleren, slagersgereedschap, rubberzolen, zeep, aardappelmeel en een deken meegenomen. We grepen wat portretten uit de huiskamer en hebben wat borden en de mooie vaas in de droogkamer gezet.
Toen zijn we maar weer gauw gegaan. Wij hadden weer aardig wat uit ons eigen huis gestolen! Alie zorgde voor de meeste kleren en sleepte nog heel wat mee. Renkum ligt nog steeds onder Engels vuur en de granaten sloegen nog geregeld in, dus namen wij de wijste weg maar en vertrokken spoedig.
Vanmiddag heb ik in Ede nog een paar grote manden gekocht. Als we hier vertrekken, kan daar aardig wat in. Mama heeft zich lang goed gehouden, maar nu komt toch de reactie en ze ligt met ernstige hoofdpijn op bed. Als Mama ziek zou worden, zou ik me helemaal geen raad meer weten.
